„radio“: zelfstandig naamwoord radiozelfstandig naamwoord | Substantiv subst <-’s> Panoramica di tutte le traduzion (Fai clic sulla/Tocca traduzione per maggiori dettagli) Radio, Funk Radioonzijdig | Neutrum, sächlich n radio (Rund-, Hör-)Funkmannelijk | Maskulinum, männlich m radio radio esempi naar de radio luisteren Radio hören naar de radio luisteren op de radio im Radio, im Rundfunk op de radio